Snijd de boter in blokjes en doe dit samen met de suiker en het zout in de kom van de mixer. Meng op een lage stand tot dit goed door elkaar zit.

Voeg dan het zelfrijzend bakmeel, speculaas kruiden en de rasp van de sinasappel toe. Meng dit tot een soepel deeg. Druk dit plat en wikkel in folie en leg in de koelkast.

Schil de appels en snijd ze in de gewenste blokjes

Ondertussen snijd je de appels in grove blokken.

Doe de appelblokjes in een kom. Meng de suiker samen met de kaneel, rasp en sap van de sinasappel en schep alles goed om.

Bekleed de bodem van een springvorm +- 20 cm met bakpapier. Vet de randen in met een dun laagje roomboter.

Haal het deeg uit de koeling en rol het uit op je werkblad tot het ongeveer 4/5 millimeter dik is. Bekleed je bodem met het deeg en druk zakjes aan, bekleed ook de zijkanten met het deeg

Strooi nu de paneermeel over de bodem. Dit vangt wat van het overtollige vocht op. Stort de helft van de appels erop verdeel hier drie speculaaskoekjes over. Verdeel de resterende appels hierover en herhaal dezelfde stap met de speculaaskoekjes

Van het overige deeg maar je gelijkmatige stroken. Hiermee decoreer je de bovenkant. Druk ze zacht aan op de bodem rand. Smeer dit in met het losgeklopte ei. Zo krijg het een beetje glans.

Verwarm de oven voor op 180 graden (boven en onder warmte). Bak de appeltaart in 60 á 75 minuten minuten.

Laat de appeltaart afkoelen en serveer met slagroom.